Home

AISHA Examentrainer

HAVO - MAATSCHAPPIJWETENSCHAPPEN - TV1

Opgave 4: Recidive onder jeugdige daders

Context bij Opgave 4

Tekst 4 (regel 19-33)

19 Jeugdigen die werken of die een 20 opleiding volgen, hebben (...) een lager recidiverisico dan jeugdigen die niet op school zitten of niet werken. Ook onder voortijdig schoolverlaters is de recidive hoger. (...) 25 Maatregelen die ervoor zorgen dat jeugdigen naar school gaan of werken, kunnen daarom mogelijk jeugdcriminaliteit en recidive voorkomen. Ook specifieke 30 maatregelen die jeugdigen helpen bij het vinden en behouden van een opleiding, stage of baan kunnen waarschijnlijk recidive voorkomen.

Gebruik regel 19 tot en met 33 van tekst 4.

Vraag 21 (Max. 2 punten)

Er zijn verschillende theorieΓ«n die crimineel gedrag verklaren, waaronder de anomietheorie.

In regel 19 tot en met 33 wordt een risicofactor voor recidive beschreven. Deze risicofactor sluit goed aan bij een andere theorie die crimineel gedrag verklaart.

a Benoem de risicofactor en geef aan bij welke andere theorie die crimineel gedrag verklaart de risicofactor aansluit.

b Leg vervolgens aan de hand van deze theorie uit dat deze risicofactor de kans op recidive verhoogt. Gebruik in je uitleg een omschrijving van de gekozen theorie.

Snelste AI-hulp Slimste AI-hulp