Home

AISHA Examentrainer

VWO - BIOLOGIE - TV1

Opgave 1: Nicotine tijdens de vroege embryonale ontwikkeling

Context bij Opgave 1

De onderzoekers hebben ook het effect van nicotine op de genexpressie van de EB's onderzocht. Om de verschillen in expressie tussen verschillende celtypen te onderzoeken, werd de genexpressie van afzonderlijke cellen bepaald. Om de genexpressie te bepalen werd op basis van al het RNA - cDNA gemaakt, dat vervolgens werd vermenigvuldigd met de PCR-techniek. Aan de hand van de gevonden genexpressie werd een expressieprofiel opgesteld waarmee de cellen konden worden ingedeeld in verschillende celtypen. Afbeelding 5 toont de stappen van dit deel van het onderzoek.

Afbeelding 5 toont de stappen...

Bronafbeelding bij vraag 7

Vraag 7 (Max. 2 punten)

Over de stappen in afbeelding 5 worden de volgende uitspraken gedaan:

  1. Om cDNA te maken, zijn andere enzymen nodig dan bij de PCR.
  2. Om cDNA te maken, zijn andere nucleotiden nodig dan bij de PCR.
  3. Bij de PCR in dit onderzoek wordt in totaal ÊÊn kenmerkend gen vermenigvuldigd.

Schrijf de nummers 1, 2 en 3 onder elkaar en noteer erachter of de betreffende uitspraak juist of onjuist is.

Snelste AI-hulp Slimste AI-hulp