Home

AISHA Examentrainer

VWO - BIOLOGIE - TV1

Opgave 4: Drop

Context bij Opgave 4

Anna heeft last van een hoge bloeddruk. Als ze voor controle naar haar huisarts gaat, vraagt de huisarts of ze vaak drop eet of zoethoutthee drinkt. Bepaalde stoffen in deze voedingsmiddelen kunnen namelijk een hoge bloeddruk veroorzaken.

Drop en zoethoutthee bevatten glycyrrhizine (GL). Deze stof zorgt voor de typische dropsmaak en heeft een grote zoetkracht. GL wordt in de darmen door darmbacteriรซn gehydrolyseerd. Hierbij ontstaat glycyrrhetinezuur (GA), dat wordt opgenomen in het bloed. In de lever wordt een gedeelte van het GA omgezet in een aantal verschillende stoffen die via de gal worden afgevoerd. Een gedeelte daarvan wordt in de darm weer omgezet in GA en vervolgens opgenomen en getransporteerd naar de lever. Deze cyclus heet de enterohepatische circulatie (afbeelding 1).

... (afbeelding 1).

Bronafbeelding bij vraag 21

Vraag 21 (Max. 2 punten)

Over de aanwezigheid van GA in het lichaam worden de volgende uitspraken gedaan:

  1. GA komt alleen terecht in de lever via de poortader.
  2. Door de enterohepatische circulatie duurt het langer voordat GA volledig uit het lichaam is verwijderd.
  3. Een trage passage van de voedselbrij in de darm verlaagt de hoeveelheid GA in het lichaam.

Schrijf de nummers 1, 2 en 3 onder elkaar en noteer erachter of de betreffende uitspraak juist of onjuist is.

Snelste AI-hulp Slimste AI-hulp