Bron 5
In 1858 laat koningin Victoria afkondigen dat:
Vanuit een groot vertrouwen in de loyaliteit, het vermogen en het oordeel van onze trouwe en zeer geliefde neef en raadslid, landgraaf Charles John Canning, benoemen wij hem hierbij (...) tot onderkoning en gouverneur-generaal in en over onze gebieden [in India]. Om deze gebieden in onze naam te besturen, en in het algemeen om in onze naam en namens ons te handelen, met inachtneming van de bevelen en voorschriften die hij van tijd tot tijd zal ontvangen van ons. (...) Hierbij verkondigen we aan de inheemse vorsten van India dat alle verdragen met hen, gemaakt door de East India Company, door ons worden geaccepteerd en gehandhaafd en we verwachten eenzelfde houding van hun kant (...). We zullen de rechten, waardigheid en eer van inheemse vorsten respecteren en we wensen dat zij, net als onze eigen onderdanen, welvaart en sociale vooruitgang zullen verkrijgen, die alleen verzekerd kunnen worden door binnenlandse vrede en goed bestuur.
Gebruik bron 5.
Uit de bron blijkt zowel verandering als continuïteit in het bestuur van India in 1858.
Geef aan, telkens met een andere verwijzing naar de bron, welke verandering en welke continuïteit dat is.