Home

AISHA Examentrainer

HAVO - GESCHIEDENIS - TV1

Opgave 3: Moderne tijd

Context bij Opgave 3

Bron 10

In oktober 1969 zendt een actualiteitenprogramma op televisie een reportage uit over de Nederlandse ambtenaar Jongejan die in Oujda (Marokko) gastarbeiders selecteert. Hij doet dit binnen enkele seconden, waarbij hij vraagt of de mannen Frans spreken. Een fragment uit de reportage:

journalist: "Meneer Jongejan, hoe kunt u nou zo een, twee, drie uitmaken of u iemand afwijst ja of nee? Waarop baseert u zo'n beslissing?"
Jongejan: "De grove selectie begint met de eisen van de werkgever, bijvoorbeeld leeftijd, gehuwd of ongehuwd, en de eisen die mijn ministerie¹) me meegeeft. Ze moeten representatief zijn voor de Nederlandse arbeidsmarkt, geen analfabeet. Er moet behoorlijke communicatie zijn, dat is wel eens te wensen overgelaten (...)."
journalist: "Op een buitenstaander, meneer Jongejan, maakt uw werk een bijzonder moeilijke indruk. Het lijkt, ik zou bijna zeggen alsof je op een slavenmarkt staat."
(...)
Jongejan: "Ik heb de middelen die ik heb en dat is mijn intuïtie en mijn ervaring en dat is misschien wat scherp. Ik moet het scherp spelen."

noot 1 Jongejan werkt voor het ministerie van Sociale Zaken.

In 1969 sluiten de Nederlandse en de Marokkaanse regering een overeenkomst waardoor Nederland gastarbeiders mag werven in Marokko.

Gebruik bron 10 nog een keer.

Vraag 21 (Max. 2 punten)

Van Meekeren, de maker van de reportage, wil dat de Nederlandse regering haar beleid ten aanzien van de selectie van gastarbeiders verandert. Je twijfelt hierdoor aan de betrouwbaarheid van de reportage voor een onderzoek naar de werving van gastarbeiders in 1969.
Verklaar je twijfel en ondersteun daarbij je antwoord met een voorbeeld uit de bron.

Snelste AI-hulp Slimste AI-hulp