Op Prinsjesdag wordt duidelijk gemaakt hoe het gaat met de Nederlandse economie. Vanaf 2014 tot aan 2019 is het nationaal inkomen elk jaar met tenminste 1,5% gegroeid.
Gebruik in je antwoord zowel het begrip inkomsten als uitgaven.
Leg in twee stappen uit dat het voor de regering in tijden van economische groei gemakkelijker is om een overschot op de rijksbegroting te realiseren.